Omdat
de aanloop nu vanuit een volledige 4-passen aanloop gemaakt
wordt,
kunnen direct de punten van de beginhouding, die betrekking
hebben
op de lichaamshouding, aangeleerd worden.
Hierbij
wordt uitgegaan van een zo natuurlijk mogelijke houding.
De Lichaamshouding De Stance positie
Zijaanzicht Vooraanzicht
Deze
punten zijn (van onder naar boven bekeken):
1. de voetenplaatsing:
a. de
voeten staan iets uit elkaar;
b. de
voeten staan naast elkaar;
. c.
de voeten staan evenwijdig aan
de te bowlen lijn
2. de knieën:
de knieën
moeten in de normale stand staan, zoals iemand
normaal
staat;
3. de heupen:
ook hier
geldt, dat de heupen zich in een normale positie,
zoals men
altijd rechtop staat, moeten bevinden;
4. de schouders:
a. de
schouders moeten zich loodrecht op de te bowlen lijn bevinden;
b. de
schouders bevinden zich op gelijke hoogte.
Opmerking:
een lichte knie- en
heupbuiging hoeft geen probleem te
vormen. De beginhouding is gebaseerd op een zo natuurlijke
mogelijke houding, die een juiste bowlingtechniek toestaat.
De balpositie
Ten
aanzien van de balpositie gelden de volgende punten:
1.
de bal moet zich in lijn met de rechterschouder en de te
bowlen lijn bevinden. Dit
houdt dus in dat de bal zich naast
(en dus niet voor) het
lichaam bevindt;
2. de
bal moet zich tussen heup- en schouderhoogte bevinden.
Individueel kunnen hier wat verschillen in ontstaan;
3. de
bal moet zich niet te ver van het lichaam bevinden, d.w.z.
de elleboog moet tegen de heup geplaatst worden.
Het doel van een juiste balpositie is om de bal tijdens de eerste pas zo efficiënt mogelijk in de zwaai te plaatsen.
Alles wat overbodig is,
moet vermeden worden.
Van verder belang in de beginhouding is natuurlijk de juiste grip, de
zogenaamde shakehand positie.